Driekoningen: de heilige kip, een Blackface Balthasar en een bisschop
‘Hijo de puta! Coño!’ Neis zucht, kreunt en steunt voor de ingang van de ‘albergue’ in Santo Domingo de la Calzada. Ze steekt een sigaar op en vertelt me vervolgens de reden voor haar tirade. Om 13:00 zou Albergue de Peregrinoopen zijn, zodat we ons pelgrimspaspoort kunnen halen voor de trip van aankomende maandag. Die heb je nodig zodat je kan slapen in de zogenaamde pelgrimsherbergen, die overal op de route van de Camino te vinden zijn. Op de deur van de herberg hangt echter een briefje met de boodschap dat de eigenaar om 16:00 weer terug zal zijn. Dit is ons tweede bezoekje aan Santo Domingo van vandaag, want om 11:00 stonden we hier ook al voor een dichte deur.
Neis belt het telefoonnummer dat op het briefje geschreven staat. Er wordt wat over en weer gepraat, daarna wordt er opgehangen. Neis kijkt me met een moedeloze, verveelde en vermoeide blik aan: ‘Marit, I’m afraid we have to go to the mass…’
We lopen de kathedraal van het stadje binnen en ik hoor in de verte een raar geluid. Als we onze muts afzetten, mogen we de mis bijwonen, weet ik te ontcijferen van de uitleg die ik krijg van een van de misdienaren. De man doet een rood touw opzij en we lopen door het schip van de kerk naar de rechterviering. Ik kijk vanaf zo’n vijftig meter afstand naar het schouwspel wat zich op het priesterkoor afspeelt: wat geestelijken, de drie wijzen, een engel, Jozef en Maria en zo te horen een ontroostbare Jezus. Neis en ik gaan zitten, waarna we vervolgens meteen weer mogen staan. De banken staan schots en scheef, waardoor ik op het knielgedeelte van de kerkbank kom te staan. Met mijn 1,80 word ik plots 2,00: waar Neis en ik in Herramélluri al een lichte kermisattractie waren met z’n twee, worden we nu aangestaard door de diehard believers van de Rooms-Katholieke kerk van Noord-Spanje. Een koor van welgeteld drie pensionados zet een nieuw lied in, terwijl ik rechtsachter me gekakel hoor. Ik kijk achterom en zie tot mijn verbazing een soort houten reliekenaltaar met daarin een levende kip en een levende haan. Met mijn nieuwe lengte zie ik ook dat een blackface Balthasar mirre geeft aan de kleine Jezus, die alsmaar harder begint te krijsen. Het zal toch niet gekker worden, denk ik nog. Tevergeefs probeer ik nog een lach te onderdrukken. Ik maak oogcontact met ‘de’ bisschop van Catedral Santo Domingo de la Calzada (kan ook niet anders als je ruim twee meter bent) en ik zie dat hij er klaar mee is dat Jezus Driekoningen aan het verpesten is. Hij tilt de aanstaande verlosser uit de armen van Maria en loopt terug naar het altaar, om zo de mis te hervatten.
Na ruim een uur is Neis er klaar mee. Ze wenkt me naar de uitgang van de kerk, die dicht blijkt te zitten. ‘My God… They locked us in. I’ve been locked in for long enough already.’ Ik kan mijn grijns niet onderdrukken door de ironie. Na de dienst lopen we naar buiten, naar de herberg. De opgewekte herbergier staat op ons te wachten. Ik kan hem niet anders beschrijven als een soort vrome variant op Kabouter Plop. Met pretoogjes en een rood neusje vertelt hij ons dat we gezegend zijn met het bezoek van de bisschop en dat onze aankomende pelgrimstocht niets anders dan zaligmakend zal zijn. We krijgen een klein paspoortje wat lijkt op een sponsorloop-afstempelboekje in onze handen gedrukt en nog geen dertig seconden later staan we buiten. Neis steekt wederom een sigaartje op en zegt: ‘Fuck, because of the mass, the fire in the house is probably out. We lost the fire, Marit, we lost the fire. Coño.’
Bien à toi,
Marit
Reacties
Reacties
Didn t quite get it but glad you got out of the church, hope you nicked the chicken.
Xxx
Maaruh... de kip en de haan: heilige eieren? driekoningen-kuikens? Waarom zitten die beesten in vredesnaam in een kerk? Graag opheldering!
Dit verhaal, geschreven in een stijl die me wel aanspreekt; ik heb me kostelijk geamuseerd.
Hoe blijf je in vredesnaam nog een beetje fatsoenlijk na het gekakel van de kip. Een geweldig verhaal
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}